Marjan is de moeder van Gideon, die een verstandelijke beperking heeft. Ze schrijft in haar blogs over haar ervaringen en overpeinzingen.
Onze kleine vrolijke levensgenieter is ‘ineens’ een puber! Met veel bombarie glijdt Gideon de pubertijd in. Dat is voor hem even wennen, vooral omdat hij geen idee heeft wat hem overkomt. Ineens heeft hij een eigen mening, is een stuk sterker, heeft driftbuien en stemmingswisselingen. De hormonen razen door zijn lichaam. Ook wij moeten wennen aan deze nieuwe fase.
We merken dat hierdoor ook de zorg voor Gideon verandert. Bij een driftbui pak je hem niet zomaar meer even op. Toch til ik hem vaker op dan goed is voor mijn lichaam. Ik wil hem geven wat hij op dat moment nodig heeft; het dragen hoort daar gewoon bij. Mijn gevoel is het dan niet eens met de grens die mijn lichaam aangeeft. Ook de zorgen om Gideon veranderen. Hoe zal het later gaan met wonen? Is er een goede passende plek voor hem? Welke zorg zal hij nodig hebben? Hoelang kan hij thuis wonen? Waar ik deze vragen eerst gemakkelijk kon ‘parkeren’, blijven ze nu langer in mijn hoofd hangen.
Kennelijk zijn grenzen flexibel. Ze groeien mee met de fase waarin we zitten. Zo dacht ik altijd dat ik gelijk zou ingrijpen wanneer iemand last zou hebben van Gideon. Nu hij in de pubertijd zit, worden zijn gedrag en het bijbehorende geluid steeds explosiever. Maar ingrijpen doe ik veel later of niet. Andere kinderen maken ook wel eens lawaai, Gideon doet dat alleen wat extremer. Ook in het ziekenhuis verleggen we grenzen. Waar we het eerst toestonden om hem, als het nodig was, in de houdgreep te houden, doen we dat niet meer. We gaan niet meer over zijn (en onze) grens bij behandelingen.
Al gaan we nog zo vaak over onze eigen grenzen heen in het zorgen voor Gideon en al vallen we daardoor regelmatig om, door de liefde die we in Gideons ogen zien, staan we elke keer weer op en zorgen we verder. Al zit er een grens aan mijn mogelijkheden, ik weet dat de liefde van God voor Gideon grenzeloos is. Waar mijn zorg ophoudt, gaat Gods zorg altijd verder. Dat troost mij als ik merk dat mijn grenzen zijn bereikt.
Marjan