In een recent artikel van De Correspondent benadrukt Femmianne Bredewold een interessant inzicht: zorg is altijd relationeel. Dat zien we ook bij Sien, zorgen doe je voor een ander, met een ander of er wordt voor je gezorgd door een ander en jij geeft ook weer wat terug. Ze laat zien hoe een man voor zijn vrouw wil blijven zorgen, ondanks dat het hem veel kost, herkenbaar voor veel mensen die zorgen voor een naaste met een beperking.
Relationeel denken
Daar staat tegenover dat ons zorgsysteem vooral is ingericht op autonomie, eigen kracht en zelfredzaamheid. Dat klinkt mooi, maar in de praktijk botsen deze idealen vaak met de werkelijkheid van mensen die zorg nodig hebben en hun naasten.
Bredewold pleit voor een zorgsysteem waarin relationeel denken de norm is. Niet alleen professionele zorg, maar ook informele netwerken en gemeenschappen verdienen structurele aandacht.
Zij geeft aan: “Relaties zijn niet eenduidig. Het vraagt maatwerk en aandacht. Wat kan je precies vragen van wie en hoeveel? Mensen blijven geven, omdat de relatie centraal staat. In beleid en praktijk blijft de blik gericht op mantelzorgers. Terwijl zij al uit liefde en verbondenheid zich inzetten. Extra aanmoedigen is niet nodig.”
Sien
Bij Sien weten we hoe belangrijk relaties zijn. Mensen met een verstandelijke beperking leven altijd in verbinding met hun familie, vrienden, medebewoners en begeleiders. Daarom pleiten we in onze belangenbehartiging voor beleid dat oog heeft voor de complexiteit van zorgrelaties, waarin mantelzorgers gezien worden als mensen, niet als in te zetten personeel.
We ontzorgen verwanten ook via advies en onze bijeenkomsten, we zorgen ervoor dat we mensen z(S)ien, en met ze meedenken in wat ze nodig hebben.
En we blijven het zeggen: Zorg verbeteren begint bij het erkennen van wat Bredewold zo treffend beschrijft: zorg is nooit alleen een kwestie van regels en protocollen, maar van mensen en hun relaties. Voor kwaliteit van leven is aandacht voor alle relaties in de zorgdriehoek van belang.